Belangrijkste historische plekje van Hengelo dreigt te worden weggepoetst

8 februari 2021

Carlo ter Ellen, DTCT

Hengelo zou zich meer moeite moeten getroosten om haar verleden eer aan te doen. Ook met de plannen voor De Brink dreigt weer een stukje geschiedenis te worden weggepoetst. En niet het minste stukje: “Het is historisch gezien veruit het belangrijkste stukje van de stad”.

Huys Hengelo, de verdwenen havezate nabij de Bornsestraat, wordt algemeen beschouwd als de plek waar de wieg van het huidige Hengelo stond. Maar het belang van De Brink voor de ontwikkeling van de stad is nog veel groter, zegt René Vossebeld van het Cuypersgenootschap: “hoe mooi zou het zijn om deze historische plek weer te laten functioneren als de ‘geboorteplek’ van Hengelo?”. Die oproep doet Vossebeld samen met restauratie-architect Henk Methorst in een brief aan wethouder Bas van Wakeren. De twee mannen, die zich al heel lang druk maken over het behoud van de historie van Hengelo, maken zich grote zorgen over de plannen voor De Brink. “Hengelo is een oud dorp. Maar dat is bijna nergens nog te zien”.

Ook nauwelijks nog op en rond De Brink. “De plannen voor De Brink zijn een uitgelezen kans om daar iets aan te doen”, vindt Vossebeld. “Als die straks zijn uitgevoerd, kunnen we het verder wel vergeten. Maar de focus ligt nu volledig op de Markt. De Brink hoort daar bij”. Doordat de band met het verleden al op zoveel plekken in de stad is weggepoetst, ontbreekt het Hengelo aan eigen, duidelijke identiteit, vinden de twee. “Er zijn tal van voorbeelden te vinden waarbij steden op een goede manier karakteristieke elementen uit het verleden hebben teruggehaald.” Op de plek waar nu het voormalige V&D-gebouw staat, lag in de Middeleeuwen een enorme zwerfsteen, die dienst deed als een ‘voorchristelijke offertafel’. En in de tijd van de marke Woolde, waarbinnen het dorp Hengelo zich ontwikkelde, werd er op die plek rechtgesproken en vergaderd. Later ontwikkelde De Brink zich volgens Vossebeld tot een ‘driehoekig plein’, met er omheen statige herenhuizen uit de negentiende eeuw. Hiervan is vrijwel niets meer overgebleven. Een uitzondering daarop vormt de gevelrij aan de Beekstraat, met het Van Benthemhuis, dat bekendheid geniet als Museum Hengelo.

Het liefst hadden Methorst en Vossebeld gezien dat de gemeente het V&D-pand had gekocht. Maar dat gaat niet gebeuren. De bouwcombinatie Dura Vermeer/Nijhuis Bouw is de nieuwe eigenaar en wil er nog dit jaar beginnen met de bouw van een kleine zestig appartementen. Maar dat neemt niet weg dat de invulling van dat bouwplan de historische waarde van de plek nog wel recht kan en moet doen, zegt Vossebeld: “we willen geen volledige reconstructie. Als er een pleintje terugkomt, zou dat al mooi zijn. Maar beter zou zijn als de nieuwe bebouwing aansluit op de Beekstraat. Zodat de historische waarde van wat daar nog wel staat, wordt versterkt. Alleen een informatiebord is te mager”.