Het verzet tegen de ruiming van de rooms-katholieke begraafplaats in Naaldwijk groeit en bundelt zich. De bezwaarmakers – naast bewoners, de Stichting voor funerair erfgoed Terebinth ook het Cuypersgenootschap en Heemschut – hebben de werkgroep ‘Behoud RK-kerkhof Dijkweg’ opgericht en willen dat de begraafplaats een monumentale status krijgt. Ondertussen meldt het parochieblad dat de ruiming op 21 september begint.
,,We hebben ook een voorlopige voorziening bij de rechtbank aangevraagd, zodat de kerk niet gelijk met het ruimen kan gaan beginnen”, aldus Korrie Korevaart van de Stichting Terebinth, die zich inzet voor het behoud van historische begraafplaatsen en een van de motoren achter het verzet is. Dat mag de kerk omdat de gemeente de vergunning daartoe heeft afgegeven, maar door zo’n voorziening kan het niet. ,,Als ze toch gaan beginnen bellen we de politie.”
Het plan is om van het voorportaal een herinneringsmonument te maken met het daar al staande beeld Pieta, dat precies staat op de altaarplek van de voormalige roomse kerk daar. In de nieuwe opzet komen er plekken voor de op de begraafplaats begraven pastoors, zusters en oorlogsslachtoffers. Tenslotte is er ruimte voor een verzamelgraf met de stoffelijke resten van ongeveer 535 parochianen. Nabestaanden die hun overledenen elders willen herbegraven krijgen die mogelijkheid.
Tot 4 augustus was het mogelijk om bezwaar te maken tegen de door de gemeente afgegeven ruimingsvergunning. Behalve Terebinth reageerden eveneens het Historisch Genootschap Oud-Westland en, met groene motieven, het platform Natuur-Westland, waarin regionale natuur- en milieuorganisaties en tuinclubs samenwerken. Verder zijn er particuliere bezwaren zoals van overbuurvrouw Corrie Schreuders-Fransen, wier oma als een van de laatsten daar in 1971 is begraven. Na de eerste bezwaren liet de parochie weten later deze maand met een verklaring te komen, maar de enige communicatie tot nu toe loopt via het parochieblad.
De nieuwe werkgroep wil nu een plan van aanpak maken waarin komt te staan hoe zij de toekomst voor de begraafplaats ziet. Daarnaast gaat zij zoeken naar nabestaanden die nog een koopakte van een grafkelder hebben en bezwaar maken tegen het verdwijnen ervan. Zij hoopt verder in contact te komen met parochianen die alleen via de kerk hebben laten weten daar grote moeite mee te hebben.